IMPORTANT ANNOUNCEMENTS

 
 

Home

About the INPS

Focus on JMS

Important Announcements

Activities & Photos, 2001 - Present

Archival Photos

Press Statements & Interviews, 2001 - Present

Brief Messages & Letters, 2001 - Present

Articles & Speeches, 2001 - Present

Articles & Speeches, 1991 - 2000

Poetry

Display of Books

Bibliography 1991 - 2000

Bibliography 1961 - 1990

Documents of Legal Cases

Defend Sison Campaign

Letters to Jose Maria Sison

Feedbacks

Links

 

 


MENSENRECHTEN: KRITIEK OP HET NEDERLANDSE MENSENRECHTENBELEID

VN-RAAD VOOR DE MENSENRECHTEN, 8e Sessie, 11 juni 2008

MONDELINGE INTERVENTIE TIJDENS DE
BESPREKING VAN HET RAPPORT VAN DE UPR-WERKGROEP
IN NEDERLAND

door de Internationale Associatie van Democratische Advocaten (IADL)
bij monde van Mr. Edre U. Olalia

Dank u, meneer de voorzitter,

Deze mondelinge interventie tijdens de bespreking van het rapport van de UPR-Werkgroep in Nederland wordt gedaan uit naam van de Internationale Associatie van Democratische Advocaten (IADL), in samenwerking met de Indische Raad in Zuid-Amerika en gesteund door de Coalitie van Inheemse Volkeren en Naties en door de Filippijnse UPR-Watch. (UPR: Universal Periodic Review = Universele Periodieke Evaluatie).

De Nederlandse Staatssecretaris van Justitie merkte op 15 april 2008 tijdens de 13e bijeenkomst van de VN-Raad voor de Mensenrechten op, dat er momenteel een actieve discussie plaatsvindt over de fundamentele mensenrechten in Nederland en dat "de rechten van de mens een sterke basis vormen in wetgeving, politiek en het handhavingproces." Zij verklaarde ook, dat de Nederlandse maatschappij wordt "gekenmerkt door pluralisme met een brede waaier van ideologieën, geloven, levensstijlen en maatstaven" en dat "vrijheid dit pluralisme mogelijk maakt."

De staatssecretaris merkte ook op, dat "respect en aandacht voor mensenrechten en de rechtsstaat uitgangspunten zijn" en dat Nederland radicalisering bestrijdt, omdat die de voorbode is van terroristische activiteiten; dat "een van de factoren die bijdragen aan radicalisering is, het gebrek aan politieke vrijheid en ruimte voor politieke en sociale participatie." Zij wees er ook op, dat "het bevorderen van een goed bestuur en rechtsstaat evenals het respect voor de fundamentele rechten van de mens en voor culturele en religieuze diversiteit kunnen bijdragen aan het voorkomen van deze radicalisering."

De Nigeriaanse Delegatie merkte op, dat de politiek van Nederland, "die grote nadruk legt op vrijheid van meningsuiting en gelijkheid van alle burgers ongeacht hun politieke overtuiging, religie of ras, de toevloed van een grote groep immigranten tengevolge heeft gehad."

Wij vragen ons af, hoe deze uitspraken (van de staatssecretaris) overeenstemmen met de voortdurende politieke vervolging van politieke ballingen, asielzoekers en vluchtelingen, zoals de Filippino's in Nederland die zich legaal en democratisch verzetten tegen wat zij zien als politiek tegen het volk door de Filippijnse overheid.

De staatssecretaris beweert ook, dat "Nederland bouwt aan een effectief mechanisme om zich in zo vroeg mogelijke stadia te wapenen tegen terrorisme. Dit kan betekenen dat sommige personen en organisaties nauwkeurig in de gaten moeten worden gehouden, maatstaven voor het bestrijden van terrorisme worden bij wet bepaald en staan onder wettelijke supervisie." Maar ook al blijkt wetshandhaving te staan onder wettelijke supervisie, het is nog steeds mogelijk dat er valse beschuldigingen worden gedaan; en misbruik, sancties en strafmaatregelen kunnen overgaan in schending van mensenrechten.

Wij vragen daarom uw aandacht voor de Gestapoachtige simultane overvallen die vorig jaar augustus zijn gedaan op kantoren en woonhuizen van hen die gelieerd zijn aan het Onderhandelingspanel van het Nationaal Democratisch Front van de Filippijnen (NDFP). Het NDFP is een nationale bevrijdingsbeweging met een erkende status in het kader van de internationale wet, heeft sinds lange tijd een open internationaal informatiekantoor in Nederland en is betrokken bij de vredesonderhandelingen met de Filippijnse regering (GRP).

Hoe kan men het willekeurig in beslag nemen van een enorme hoeveelheid materialen, waaronder verslagen en verwant studiemateriaal van vredesonderhandelingen sinds 1986, alsmede aanklachten, bewijsmateriaal en documenten van de Joint Monitoring Committee, (een organisatie die het naleven van bilaterale overeenkomsten betreffende mensenrechten en internationale mensenrechtenwetten controleert), rechtvaardigen? De in beslag genomen materialen zijn nog steeds niet terug gegeven en er zijn aanwijzingen voor dreigingen van politieacties en valse vervolging.

Jammer genoeg zijn er serieuze beweringen dat de Nederlandse regering geloof hechtte aan valse informatie die werd verstrekt door de Filippijnse overheid en die met name kwam van een organisatie genaamd Inter-Agency Legal Action Group, een organisatie die volgens Prof. Philip Alston, Speciaal (VN-)Rapporteur van Buitengerechtelijke, Standrechtelijke of Arbitraire Executies, afgeschaft dient te worden.

De aanklachten en beschuldigingen hebben volgens vredesadvocaten de vredes-onderhandelingen lam gelegd. Wij zijn van mening, dat respect voor mensenrechten door af te zien van bijvoorbeeld vervolging wegens valse of politiekgemotiveerde aanklachten de rechtsstaat zal versterken en het ten uitvoer brengen van overeenkomsten tussen de Filippijnse overheid en het NDFP, zoals de 'Verklaring voor het Respect van Mensenrechten en Internationale Humanitaire Wetgeving' (CARHRIHL = Comprehensive Agreement on Respect for Human Rights and International Humanitarian Law) zal bevorderen. Het hervatten van de genoemde vredesonderhandelingen kan helpen om het gewapende conflict in de Filippijnen te stoppen en kan een voedingsbodem creëren waarin de mensenrechten kunnen gedijen.

Verder, hoe kunnen de beweringen van de Nederlandse regering met betrekking tot de mensenrechten in overeenstemming zijn met wat door advocaten wordt gezien als dubieuze arrestatie en voortdurende politieke vervolging, etikettering en legale kwelling van asielzoekers zoals Prof. Jose M. Sison, die in Nederland als balling leeft en al meer dan 20 jaar zich heeft gedragen zoals de Nederlandse wet voorschrijft? Hij is opgejaagd door valse lasterpraatjes om hem politiek asiel en verblijfplaats te onthouden, werkgelegenheid te ontzeggen, hem te beroven van maatschappelijke voorzieningen, zijn banksaldo's te bevriezen, hem te brandmerken en door de rechtsbescherming waarop hij volgens Artikel 3 van de Europese Conventie van de Rechten van de Mens recht heeft, te omzeilen.

Hoe zou de Raad reageren of antwoorden op rapporten die melden, dat autoriteiten van de Nederlandse en Filippijnse overheid een lange termijn planning hebben van 'onderdrukking en criminalisering' van Prof. Sison door hem te onderwerpen aan zulke aanklachten en aan een eindeloos politiekgemotiveerd strafrechtelijk onderzoek door de Nederlandse Staat; dit ondanks de diverse uitspraken van de Haagse Rechtbank, het Haagse Hof van Beroep en de onderzoeksrechter dat er geen enkel prima facie bewijs tegen hem is gevonden? Enkele dagen geleden heeft de Haagse Rechtbank nog verklaard, dat tot op heden geen enkel bezwaarlijk bewijs tegen hem is gevonden.

Inderdaad, meneer de voorzitter, vervolging op grond van valse aanklachten is een belangrijke vorm van schending van mensenrechten. De valselijk beschuldigde wordt onderworpen aan detentie, vernedering, brandmerking, onnodige verspilling van inspanningen en middelen, verlies van inkomen en mogelijkheden en openbare aansporing van geweld op zijn persoon en reputatie.

Hoe kan de Nederlandse regering garanderen, dat op het gebied van gerechtelijk onderzoek, vervolging en gerechtelijke besluitvorming, de politieke belangen ondergeschikt zijn aan het veronderstelde recht in Nederland, zodat de rechten van mensen die gebruik maken van hun fundamentele vrijheid van gedachten en woord worden gesteund en beschermd?

De staatssecretaris zei verder, dat Nederland momenteel werkt aan de definitieve besluitvorming van de totstandbrenging van een "gemakkelijk identificeerbaar, effectief en efficiënt nationaal instituut voor de bescherming en bevordering van mensenrechten, dat werkt in overeenstemming met de Principes van Parijs."

Wij sluiten ons aan bij de Belgische Delegatie in hun verzoek om verdere informatie over de lopende ontwikkelingen voor het opzetten van een nationaal instituut voor de mensenrechten en hoe de taken verdeeld moeten worden tussen dit instituut en reeds bestaande mechanismen. Wij willen graag weten hoe dit instituut concreet kan verzekeren dat de fundamentele rechten van mensen en organisaties zoals die hiervoor zijn besproken, worden gerespecteerd. Welke mechanismen zal dit instituut creëren om politieke vervolging te voorkomen en straffeloosheid wordt gestopt en hoe kunnen Nederlandse overheidsorganen aansprakelijk worden gesteld of op zijn minst worden tegengehouden om zulke handelingen te doen?

Wij sluiten ons ook aan bij de Franse Delegatie die zoekt naar concrete informatie over maatregelen om de persoonlijke veiligheid van asielzoekers in het licht van actuele bedreigingen en mislukte aanslagen op zulke personen te verbeteren.

Voorts sluiten wij ons naar aanleiding van de nieuwe Nederlandse antiterrorisme wetgeving, aan bij de Zwitserse Delegatie, bij het adviseren dat verdere concrete maatregelen worden geïmplementeerd met respect voor de internationale mensenrechten verplichtingen, inclusief het recht op een eerlijk proces en het recht op vrijheid en veiligheid van de persoon.

Tenslotte zijn wij het ook eens met de aanbeveling van Cuba, dat Nederland moet overwegen om alle antiterrorisme wetten te herzien en in overeenstemming moet brengen met de hoogst mogelijke mensenrechten normen.

Zonder bevredigende antwoorden op deze vragen zijn wij bang, dat andere personen en organisaties in Nederland eenzelfde lot zullen ondergaan, in strijd met de fundamentele internationale instrumenten waaraan Nederland zich heeft verbonden. Deze zouden het lidmaatschap van deze Raad moeten reflecteren. Wij vragen de Raad deze opmerkingen te bespreken, wanneer zij besluit om het resultaat van het overzicht op te nemen in het rapport van de Zitting van de Raad.

Dank u, meneer de voorzitter. #

Click here to view PDF file of the article



return to top

back



what's new